James Watt (1736-1819)
Beroemd om:
- Het uitvinden van de Watt-stoommachine, die stoom weer in water omzet
- Ontwikkeling van een rotatiemotor die weven, spinnen en transport mechaniseerde
- De term “paardenkracht”
- De toerenteller.
James Watt was een uitvinder en werktuigbouwkundig ingenieur wiens verbeteringen in de stoommotortechnologie de aanleiding waren voor de industriële revolutie.
Watt heeft de stoommachine niet uitgevonden. Stoommachines bestonden al, die voornamelijk werden gebruikt om water uit mijnen te pompen. Hij bracht belangrijke wijzigingen aan in het ontwerp, waardoor de efficiëntie werd verhoogd en stoommachines goedkoper werden om te laten draaien.
Vroege kinderjaren
James Watt werd geboren in Greenock in 1736. Hij was geen gezond kind en kreeg het grootste deel van zijn vroege jaren thuis onderwijs.
Zijn vader was een timmerman en scheepsbouwer die zich als koopman en reder begon. Watt maakte graag modellen en repareerde nautische instrumenten in de werkplaats van zijn vader.
Technisch werk in Schotland
In 1755 ging Watt naar Londen om in de leer te gaan als wetenschappelijke instrumentenmaker. een snelle leerling en beheerste zijn vak in een jaar.
Op 19-jarige leeftijd keerde hij terug naar Glasgow, waar hij zijn eigen bedrijf opzette. Het duurde niet lang of hij werd erkend als een hoogwaardige ingenieur en werkte op de Forth en Clyde Canal en het Caledonian Canal.
Hij was ook betrokken bij de verbetering van havens en bij de verdieping van Schotse rivieren, waaronder de Forth en de Clyde.
Verbetering van stoommachines
Aan het eind van de jaren 1750 ontmoette Watt Joseph Black, die toen hoogleraar scheikunde was aan de universiteit van Glasgow. De mannen werden vrienden en Watt leverde modelmotoren voor Black om te gebruiken in zijn lezingen over de eigenschappen van warmte.
Op een zondag in 1765 werd Watt getroffen door het idee dat de industriële revolutie zou ontketenen.
Terwijl hij in een park bij de Clyde liep, plotseling besefte hij hoe hij de standaard Newcomen-stoommachine efficiënter kon maken. Hij kon een aparte kamer gebruiken om stoom te condenseren zonder de rest van de motor te koelen.
Hij patenteerde zijn stoommachine-condensatiekamer in 1769.
Boulton & Watt en de industriële revolutie
In 1774 startte Watt een bedrijf in Birmingham met investeerder Matthew Boulton om zijn verbeterde stoommachine te vervaardigen.
The Boulton & Watt Company produceerde stoommachines die overal konden worden gebruikt, en de vraag ernaar was groot. Watt en Boulton werden leidende figuren in de industriële revolutie.
Watt bleef verbeteringen aanbrengen aan stoommachines en patenteerde andere belangrijke uitvindingen, zoals de rotatiemotor en een stoomlocomotief.
Zijn prestaties werden erkend door collega-wetenschappers. Hij was een fellow van de Royal Society of Edinburgh en de Royal Society of London, en werd een Foreign Associate van de French Academy of Sciences.
Gezin en latere leven
Watt’s Zijn eerste vrouw, Margaret, stierf in het kraambed in 1773, waardoor hij twee jonge kinderen had. Hij trouwde met Ann in 1776 en kreeg een zoon en een dochter, die stierven aan consumptie voor de dood van hun vader.
James Watt stierf in 1819 in Heathfield, nabij Birmingham, op 83-jarige leeftijd.
In onze publieke opiniepeiling werd James Watt uitgeroepen tot de achtste meest populaire Schotse wetenschapper uit het verleden.
Terug naar boven