The Phonograph
In 1885 schreef Thomas Edison: “Ik heb geen vogel horen zingen sinds ik twaalf was.” Niemand weet precies hoe Edison het grootste deel van zijn gehoor verloor. Toch vond deze man de eerste machine uit die geluid kon opvangen en afspelen. In feite was de grammofoon zijn favoriete uitvinding. De eerste grammofoon werd uitgevonden in 1877 in het Menlo Park-lab. In het midden werd een stuk aluminiumfolie om de cilinder gewikkeld. Je schreeuwde een kort bericht in het stuk aan één kant van de cilinder terwijl je aan de hendel draaide. In dit stuk zat een naald. Je stem zou de naald doen trillen of trillen. De geluidstrillingen zouden door de naald gaan en een lijn of groef in het aluminiumfolie vormen. Een naald aan de andere kant kan afspelen wat u zojuist had opgenomen. Na slechts een paar keer spelen zou het aluminiumfolie scheuren en kon de boodschap niet meer worden afgespeeld. Daarom kunnen de aluminiumfolie-opnamen niet meer worden afgespeeld. Latere grammofoons speelden platen. De eerste hadden de vorm van een cilinder, met de muziek aan de buitenkant. Latere platen kregen de vorm van schijven of grote cd’s. Edison hield zo veel van de grammofoon dat hij het zijn “baby” noemde. Hij heeft het de komende vijftig jaar steeds weer verbeterd.
Terug naar de Electric Light System Motion Pictures